Soorten gevelbepleistering
Concreet bestaan er twee hoofdsoorten gevelbepleisteringen:
- Minerale gevelpleister
- Kunstharspleister
Soorten gevelbepleisteringen
Het grootste verschil tussen deze soorten is het bindmiddel: Kunsthars voor kunstharspleisters en kalk (al dan niet in combinatie met cement) voor de minerale gevelpleisters.
Op het gebied van kwaliteit zijn beide soorten aan elkaar gewaagd, maar elk heeft zijn eigen specifieke eigenschappen:
Kunstharspleister
De belangrijkste eigenschap is de bestandheid tegen weersinvloeden. Het bindmiddel betaat uit een kunsthars op basis van siloxaan, silicone of silicaat. Het is meer waterdicht dan de minerale (kalk-)pleister en daarom wordt het ook meer gebruikt bij nieuwbouwwoningen.
Het voordeel is wel dat deze veel elastischer zijn en op zeer grote oppervlakten kunnen gebruikt worden. Dit type van pleister bevat solventen.
Minerale gevelbepleistering
De belangrijkste eigenschap is de bijzonder goede waterdampdoorlaatbaarheid. De minerale gevelpleister (of kalkpleister) is dus het beste om het vocht naar buiten toe af te voeren. Vandaar dat het de betere keuze is voor oudere gebouwen omdat het risico op opstijgend vocht daar het grootst is.
Kalk in combinatie met cement is een iets ecologischer oplossing, maar minder geschikt voor woningen die reeds last hebben van opstijgend vocht omdat het materiaal is iets minder waterdampdoorlatend is. Als het water niet voldoende naar buiten kan, dan bestaat de mogelijkheid dat het behangpapier loskomt en er schimmels ontstaan.
Andere gebruikte grondstoffen in de gevelpleister zijn:
- Vulstoffen (de zogenaamde granulaten): Meestal is dit zand maar ook andere materialen worden gebruikt. Voorbeelden zijn: kwarts en partikeltjes marmer. 80% van de gevelbepleistering bestaat uit deze vulstoffen.
- Hulpstoffen: pigmenten en additieven (waterafstotend, schimmeldodend, enz.).
- Natuurlijke of synthetische bindmiddelen (Naargelang het bindmiddel spreekt men van minerale of kunstharspleister).